Een daghandelaar (daytrader) werkt samen met een gerenommeerde financiële organisatie en handelt dagelijks in effecten op Europese beurzen. In 2018 behaalt hij een winst van € 137.500 door systematisch aandelen aan te kopen en te verkopen. De Belastingdienst wil deze winst belasten in box 1 als ondernemersinkomen. De handelaar is het hier principieel niet mee eens en vraagt zich af of deze resultaten niet thuishoren in box 3 voor sparen en beleggen. De vraag die de rechter moet beantwoorden is of de handelsresultaten moeten worden gekwalificeerd als winst uit onderneming of als inkomen uit sparen en beleggen.
Feiten
De handelaar is fulltime actief in de effectenhandel en werkt samen met een broker via een gedetailleerde samenwerkingsovereenkomst. Hij verricht gemiddeld 138 aan- en verkooptransacties per handelsdag, wat wijst op een intensieve handelsstrategie. De inspecteur stelt dat de handelaar over bijzondere deskundigheid beschikt en een voorrangspositie heeft. Hij baseert zich op de professionele handelsinfrastructuur, geavanceerde informatievoorziening en de specifieke samenwerkingsovereenkomst die de handelaar mogelijkheden biedt die voor gewone beleggers niet bereikbaar zijn.
De handelaar heeft echter een fundamenteel andere visie. Hij betoogt dat zijn resultaten volledig voortkomen uit toevallige koersbewegingen. Zijn succes is volgens hem niet het gevolg van speciale kennis of voorspellende informatie, maar van weloverwogen keuzes op cruciale momenten. Hij benadrukt de inherente onvoorspelbaarheid van de effectenmarkt en zijn eigen beperkte invloed op het koersverloop.
Oordeel rechtbank
De rechtbank oordeelt uiteindelijk dat de Belastingdienst niet slaagt in het aantonen van een objectieve voordeelsverwachting. De rechtbank concludeert dat de effectenhandel fundamenteel speculatief van aard is. Ondanks de aanzienlijke deskundigheid en dagelijkse inspanning van de handelaar, is niet aangetoond dat hij koersontwikkelingen kon voorspellen of in staat was deze substantieel te beïnvloeden. Het behaalde resultaat is volgens de rechtbank uitsluitend toe te schrijven aan onvoorspelbare koersschommelingen.
Conclusie
Deze uitspraak leert ons dat niet elke professionele effectenhandel automatisch wordt gezien als een onderneming. De fiscale kwalificatie vraagt om een gedetailleerde beoordeling van specifieke omstandigheden. Elke situatie is uniek en verdient een zorgvuldige analyse. Voor ondernemers en beleggers is het raadzaam professioneel fiscaal advies in te winnen om de juiste classificatie van handelsresultaten te bepalen.
Alle nieuwsberichten
Belastingdienst gaat controleren op te vroege btw-aangiften
De Belastingdienst krijgt soms btw-aangiften te vroeg binnen en kan deze aangiften niet automatisch verwerken. De Belastingdienst past daarom de proce...
Lees verder
Kosten eHerkenning proportioneel en gerechtvaardigd
Een ondernemer met een bv weigert kosten te maken voor eHerkenning. Hierdoor kan hij geen btw-aangifte doen. De Belastingdienst legt daarom naheffings...
Lees verder
Vergoedingen onbelast, maar fiscaal gezien loon
Sinds de invoering van de werkkostenregeling (WKR) in 2011 is het loonbegrip in de loonbelasting verruimd. Werkgevers kunnen sindsdien vergoedingen en...
Lees verder
Geen vergrijpboete door ondeskundigheid
Bij de overgang van een eenmanszaak naar een bv is het belangrijk een duidelijke scheiding in de boekhouding en facturatie aan te brengen. Dit voorkom...
Lees verder
Verzoek om uitstel is geen bezwaar
Een schoenenwinkel krijgt te maken met een reeks gemeentelijke belastingaanslagen. De ondernemer vraagt hiervoor eerst uitstel van betaling aan en die...
Lees verder
Vaste vergoeding van laadkosten niet zonder risico
Het opladen van een elektrische auto van de zaak bij de woning van een werknemer brengt fiscale uitdagingen met zich mee. Hoe kan een werkgever de laa...
Lees verder
Strikte termijnen bij bezwaar: een waarschuwing voor belastingplichtigen
Een recente uitspraak van de rechtbank Zeeland-West-Brabant onderstreept hoe strikt de Nederlandse belastingrechter omgaat met termijnoverschrijdingen...
Lees verder
Nieuwe splitsingsvrijstelling in de overdrachtsbelasting vanaf juli 2025
Vanaf 1 juli 2025 gelden er nieuwe regels voor de splitsingsvrijstelling in de overdrachtsbelasting. Deze vrijstelling kan helpen om bij een juridisch...
Lees verder
Geen ambtshalve vermindering bij nieuwe jurisprudentie
Een Litouwse zeevarende vraagt de Belastingdienst om ambtshalve vermindering van zijn aanslag inkomstenbelasting 2015, maar krijgt nul op rekest bij d...
Lees verder
Mogelijke opties verzachting belastingdruk box 3 voor verhuurders
Om de inkomstenderving van de Staat door het uitstel van de invoering van de Wet werkelijk rendement box 3 te dekken, heeft het kabinet voorgesteld om...
Lees verder
Fiscale kwalificatie van resultaten daghandelaar
Een daghandelaar (daytrader) werkt samen met een gerenommeerde financiële organisatie en handelt dagelijks in effecten op Europese beurzen. In 20...
Lees verder
Dga niet vergelijkbaar met vestigingsdirecteuren: gebruikelijk loon terecht hoger
Een dga ontvangt jaarlijks € 122.486 salaris. Zijn management-bv factureert echter € 260.520 aan zijn concern. De Belastingdienst corrigeert...
Lees verder
Lagere boete door vrijwillige inkeer en volledige medewerking
Een consultant met de Italiaanse nationaliteit meldt vrijwillig dat hij over 2010-2016 niet zijn volledige box 3-vermogen heeft aangegeven. De inspect...
Lees verder
Digitaal bezwaar maken nu mogelijk voor fiscaal dienstverleners
Sinds 8 april 2025 is het mogelijk om met administratiesoftware digitaal bezwaar in te dienen namens een klant. Een bezwaar per post aanleveren blijft...
Lees verder
Minimumuurloon per 1 juli 2025 naar € 14,40
De bedragen van de Wet minimumloon en minimumvakantiebijslag worden halfjaarlijks gewijzigd. Per 1 juli 2025 bedraagt het minimumuurloon voor iemand v...
Lees verder
Lening wel of niet zakelijk? Rechtbank geeft duidelijkheid
Rechtbank Gelderland geeft in een recente uitspraak duidelijkheid over wanneer een lening tussen verbonden vennootschappen als fiscaal (on)zakelijk mo...
Lees verder
Kenbare fout redt Belastingdienst bij navordering zonder nieuw feit
Een vastgoedvennootschap verkoopt in 2016 een onroerende zaak voor € 1 miljoen. De inspecteur stelt dat de werkelijke waarde € 1,75 miljoen ...
Lees verder
Invullen e-mailadres geen garantie voor bereikbaarheid
Het kenbaarheidsvereiste speelt een cruciale rol in het elektronisch bestuurlijk verkeer tussen burgers en overheidsinstanties. Dit vereiste houdt in ...
Lees verder
Verplicht ondernemingsvermogen in de zaak van het restaurant
Een echtpaar bezit een pand waarvan de benedenverdieping wordt gebruikt door hun onderneming (een restaurant) en de bovenverdieping bestaat uit appart...
Lees verder
Voortgangsbrief werken met en als zelfstandige; aanpassing wetsvoorstel Vbar
De minister van SZW en de staatssecretaris van Financiën hebben een brief naar de Tweede Kamer gestuurd over de voortgang van werken met en als z...
Lees verder
Herinvesteringsreserve te lang op de balans
Een vennootschap, waarvan een echtpaar de aandeelhouders zijn en de man als enig bestuurder fungeert, komt in conflict met de Belastingdienst over de ...
Lees verder
Interne compensatie bij onjuiste renteaftrek in vastgoedverhuur
Een huiseigenaar bezit zeven verhuurde woningen. In zijn aangifte heeft hij inkomsten uit verhuur opgevoerd als resultaat uit overige werkzaamheden (R...
Lees verder
Haviltex-norm bepalend bij uitleg offerte administratiekantoor
Een Nederlandse bv verkoopt artikelen aan particulieren in de EU. De bv schakelt een adviesbureau in om de btw-registratie en aangiften btw in ve...
Lees verder
Geen kostenvergoeding door uitblijven reactie
De inspecteur van de Belastingdienst heeft een te hoge aanslag inkomstenbelasting opgelegd aan een belastingplichtige op. Hij is daarbij uitgegaa...
Lees verder
Irritatie over navordering onder de irritatiegrens
Een belastingplichtige, die zelf om een correctie vraagt, kan later geen beroep doen op het correctiebeleid van de Belastingdienst. Ook als het bedrag...
Lees verder